Het Laarhuys

‘Bij het Laarhuys doen we het samen’

Het Laarhuys in Lieshout is niet zomaar een woonvoorziening van ORO. Meteen bij de ingang maakt een bord dat al duidelijk. ‘Dit is een samenwerkingsverband van ouders, de gemeente, ORO en woCom’. Bij Het Laarhuys doen ze het samen. Met name de ouders, ORO én de bewoners. Laten we die vooral níet vergeten.

Rob Beniers (34) woont al vanaf de opening in 2017 in Het Laarhuys. Vandaag is hij druk bezig. “Als de taxi’s komen voor de mensen op woongroep 1, breng ik de rolstoelers naar de juiste taxi. Maar ik doe nog veel meer, hoor. Ik ga een keer in de week voorlezen bij groep 1 en op woensdag doe ik altijd boodschappen bij de Jumbo. Ik probeer zoveel mogelijk te helpen, maar dat doet iedereen hier.”
Aan tafel zijn ondertussen ook de vader van Rob, Pieter Beniers, en begeleidster Alma Hendriks aangeschoven. Over de historie van Het Laarhuys zegt Pieter: “Dit initiatief is ontstaan omdat een groep ouders op zoek was naar een woonvorm voor hun kinderen. Maar we wilden het wel op onze manier. We voelen ons verantwoordelijk voor onze kinderen en we willen heel nadrukkelijk deel blijven uitmaken van hun verzorging en begeleiding.”

Maatwerk

Na een jarenlange voorbereiding kreeg Het Laarhuys haar definitieve vorm. In totaal wonen er nu 25 cliënten. Er zijn twee woongroepen en twaalf appartementen. In woongroep 1 wonen de cliënten die de meeste verzorging en begeleiding nodig hebben. In de appartementen is de begeleiding iets verder weg en wordt er wat meer van de zelfstandigheid van de bewoners verwacht. “Ik woon daar ook”, zegt Rob. “Maar ik word begeleid door de begeleiders van woongroep 2. Dat komt omdat ik geholpen moet worden met de structuur. Ik doe soms wat teveel en ik moet afgeremd worden.” Vader Pieter: “Kijk, dat is maatwerk. Op een appartement wonen kan nét wel of nét niet. Maar door het met de begeleiding op deze manier op te lossen, kan het wel. Ze zoeken hier steeds naar wat kán, niet wat niet kan.” Alma heeft er nog een mooi voorbeeld van. “Rob vond het moeilijk om zelf zijn tanden te poetsen, maar een elektrische borstel bracht de oplossing. Eerst moest de begeleiding het doen, nu kan hij het zelf.”

Samen zorgen

Eerst zelf proberen, dan andere bewoners, ouders of vrijwilligers om hulp vragen en pas dan, als het nodig is, de ORO-begeleiding. Dát is de visie achter het concept zoals dat in Het Laarhuys wordt vormgegeven. Logisch dus dat de ouders een belangrijke rol vervullen. “We hebben een stichting Laarhuys waarin we alles formeel en juridisch hebben afgedekt. Vanuit die stichting regelen we ook de extraatjes voor de bewoners zoals uitstapjes en een duofiets”, zegt Pieter. “Hoe onze betrokkenheid er in de praktijk uitziet? Onze rol is heel breed. We hebben een contactgroep die in nauwe verbinding staat met de medewerkers en die vergadert met de wijkmanager en zorgcoördinator. We zijn actief in een communicatiegroep, waarbij elke week een ouder met een groepje bewoners activiteiten doet die gericht zijn op het verbeteren van de mondelinge communicatie en taal. We hebben een tuincommissie, er zijn ouders die op bepaalde dagen komen koken, we zijn heel actief op het gebied van sponsoring en we helpen ook praktisch.” Dat laatste kan Alma onderschrijven. “Als we qua bezetting een moeilijke week hebben, dan geven we dat aan bij de contactouders. Die zorgen er dan voor dat bewoners een keer extra worden opgehaald, ze komen extra helpen bij het naar bed brengen, noem maar op. We lossen het hier samen op.”

Zorg in de toekomst

Het Laarhuys is een mooi voorbeeld van de manier waarop zorg en begeleiding er in de nabije toekomst uit kan zien. Maar, hoe duurzaam is een dergelijk systeem, kun je je afvragen. Hoe ziet het er op Het Laarhuys over twintig jaar uit? Als de zorgvraag van de ouder wordende bewoners groter wordt en als de ouders een leeftijd hebben waarop zowel flexibiliteit als fysieke mogelijkheden afnemen? Alma en Pieter herkennen de vraag. “We moeten ons nu al bezighouden met de toekomst. Hoe zorgen we er bijvoorbeeld voor dat de netwerken van de bewoners groot worden of blijven, zodat de betrokkenheid uit dat netwerk groot blijft?” Pieter: “Wij zijn nu al bezig om de broer van Rob erbij te betrekken. Ook die verantwoordelijkheid moet je als ouder nemen. Ik denk dat we dat samen oplossen, ja. Samen, dat is hier het belangrijkste woord. Nu, maar ook in de toekomst.”

Het Laarhuys
Het Laarhuys

Leuk verhaal?

Deel het met je vrienden!

Wellicht ook interessant

Dagbestedingscentrum Rakthof-14

Dagbesteding Rakthof is vernieuwd

Lees het complete verhaal Lees het verhaal
Lees Voor
Ga naar de inhoud